Drijfveren in de topsport: Josine Koning en Annette Duetz
Management Drives is actief betrokken bij het ontwikkelen van talent in de topsport door de samenwerking met TalentEmpowerment. Binnen deze samenwerking gebruiken alle topsporters die aangesloten zijn bij TalentEmpowerment (inmiddels meer dan 40) de methodiek van Management Drives in hun begeleiding-programma. Daarnaast, ondersteunt Management Drives op persoonlijk titel meerdere topsporters. Twee van hen, Josine Koning (26) en Annette Duetz (28), kwamen in augustus vorig jaar met een medaille terug uit Tokio. Goud voor Josine als keepster van de Hockey Dames en brons voor zeilster Annette, samen met haar teamgenote Annemiek Bekkering. We kijken met hun terug op de Spelen van Tokio en vooruit naar de Spelen in Parijs.
“Ik kwam in een overdrive: meer analyseren, meer coachen, minder aandacht voor keepen.”
Josine: “Ik kijk met veel plezier en trots terug op de Olympische Spelen. We hebben ons als team goed aan kunnen passen aan de omstandigheden met een gouden medaille als resultaat. Maar het duurde ook wel even voordat ik er echt van kon genieten. Alle wedstrijdscenario’s gingen nog wel een tijdje door mijn hoofd, zeker toen er tijdens de vakantie wat ruimte kwam.”
“Want ik ben kritisch op mezelf, perfectionistisch. Het moet altijd beter. Ik houd me heel erg graag bezig met de groepsprocessen die er spelen. Ik kan dat als keeper makkelijk doen omdat ik door mijn teamgenoten niet als concurrent gezien wordt. Ik houd van coachen en analyseren en kan deze voorkeuren mooi combineren vanuit mijn positie in de goal. Als we als team een mooie goal vanuit de opbouw scoren dan kan ik daar echt trots op zijn. Dan denk ik: “Wat hebben wij deze aanval mooi uitgespeeld”. Ondanks dat ik de bal helemaal niet heb aangeraakt voelt het dan toch als een persoonlijk succes. Maar ik ben ook een denker. Ik hou ervan om te analyseren en doe dat dan ook veel. Consciëntieus, alle mogelijke strafcorners van de tegenstander op mijn hotelkamer wil ik doornemen. Maar in de poulefase van de Spelen sloeg ik daarin door. Ik stond écht stijf van de zenuwen. Daardoor kwam ik een soort overdrive terecht: ik was iedereen op zijn plek aan het zetten, aan het coachen, instructies aan het geven, anderen aan het helpen in de uitvoering van hun taken op het speelveld. Dingen die ik normaal gesproken ook doe, maar dan meer gebalanceerd. Combineer dat met het perfectionisme dat ik heb en je hebt het gevoel dat het nooit “goed” of “af” is, waardoor deze overdrive nog verder versterkt werd. In dit geval was ik zó met andere bezig dat ik aan mezelf vergat te denken. En dat resulteerde erin dat ik een bal doorliet die ik normaal gesproken áltijd heb. Mijn belangrijkste sterke punt als keeper is dat ik alle houdbare ballen altijd heb en daarin zelden een fout maak.
Een andere karaktereigenschap is dat ik altijd maximaal voorbereid wil zijn, dat ik weet welke varianten er gespeeld gaan worden. Maar ook daarin kan ik klaarblijkelijk doorslaan. Er was een punt dat ik alles zo goed voorbereid wilde hebben, dat ik mijzelf echt de schuld gaf als er een strafcornervariant in zou gaan die ik niet met mijn teamgenoten doorgenomen zou hebben. Ik heb deze overdrive ook na de eerste wedstrijd geanalyseerd. Ik moest rustiger worden, ik moest uit deze denkstand kunnen komen tijdens de wedstrijd door eerst mijn zenuwen én mijn gevoel van verantwoordelijkheid onder controle te krijgen en de verdediging slechts met basisinstructies ondersteunen. That’s it. Daarin heeft de coach mij geholpen om de afspraak met mezelf te maken dat ik maximaal 20 minuten per dag beelden mocht kijken en analyseren. En daar kon ik het ook met mijn teamgenoten goed over hebben; ik kon duidelijk aangeven waar ik tegenaan liep en ik heb aan hun gevraagd wat zij verwachten van mij vanuit de goal. Daardoor kon ik mijn gevoel van verantwoordelijkheid inperken. Daarnaast heb ik tegen de verdedigers gezegd dat als ik weer zo ging stuiteren in de goal dat ik het fijn vond als ze me daarop aanspraken.”
Management Drives:
Wat je in de woorden van Josine heel duidelijk terugziet, is de kracht en de valkuil van de groene drijfveer. Josine is een echte teamspeler die letterlijk het teamsucces internaliseert tot haar eigen succes. Een enorme kracht, die spelers heb je nodig. Echter, als de druk erop komt te staan en er zenuwen in het spel komen, kan dit voorkeursgedrag ook tot een valkuil leiden. Anderen ondersteunen kan dan de belangrijkste focus worden waardoor je jezelf en je eigen taken mogelijk vergeet. De tweede drijfveer die je sterk terug ziet komen is de blauwe drijfveer: op alles voorbereidt willen zijn, weten wat er gaat komen. Het gevoel hebben dat je alles onder controle moet hebben. Dit is een kracht, want je bent je bewust over het belang van een goede voorbereiding en je bent dan ook goed voorbereidt op veel wedstrijdsituaties. Maar de blauwe drijfveer in combinatie met de oranje drijfveer (de wil om te presteren, mogelijk uitmondend in perfectionisme) en de gele drijfveer (het analyseren) maakt dat de “overdrive” kan ontstaan. Dat de voorbereiding nooit af is, dat je altijd het gevoel hebt dat je meer kan doen om het gewenste resultaat te bereiken. Wat heel bewonderenswaardig is aan Josine, is dat ze zich zo heeft opengesteld voor haar teamgenoten. Hierdoor maakt ze het mogelijk dat anderen haar kunnen helpen in haar proces, maar ook dat anderen geholpen worden. In die dialoog heeft Josine met haar teamgenoten een modus operandi gevonden om beter te kunnen presteren in de volgende wedstrijden.
“We blijven praten. Over hoe we ons voelen, maar ook onzinnige dingen als “Ik zie daar een kwal!”.” Zoals Annette ons vertelde na terugkomst uit Tokio.
Ook Annette kijkt (inmiddels) met trots terug op Tokio. De bronzen medaille is natuurlijk een fantastisch resultaat, maar doordat Annette en haar teamgenoot de finale als #1 begonnen, bleef het gevoel van een verloren gouden medaille nog even nazingen. Annette: “Natuurlijk ben ik trots, maar ik moet bekennen in het begin de teleurstelling nog wel even overheerste. Ik heb daar nog wel een tijdje nagedacht over het wedstrijdverloop. Met mijn teamgenoot en coach maken we voor elke wedstrijd een plan waarin we bepalen hoe we de wedstrijd gaan benaderen. We spreken van tevoren de criteria door op basis waarvan we tijdens de wedstrijd keuzes gaan maken. Dat doen we omdat er echt heel veel kan gebeuren op het water. Er zijn zo ongelofelijk veel factoren die een rol spelen en die moet je allemaal continu ten opzichte van elkaar wegen. Als je dat allemaal op het water moet doen, duurt keuzes maken te lang en is soms het gevolg dat je niets kiest. Door van tevoren de scenario’s in kaart te brengen ben je op het water wel in staat om assertief besluiten te kunnen nemen, omdat je die situatie immers al besproken hebt. En daarin is het voor ons het allerbelangrijkste om te blijven praten. Over de windrichting, over de windsnelheid, over wie er mag bewegen om de balans op de boot te houden, over de taakverdeling. En dan altijd in combinatie met een actie, waarbij de actie ook een instructie mag zijn om niks te veranderen. “Dus blijf koers houden” kan prima na een reeks observaties uitgesproken worden. Op het moment dat we alle twee gaan denken en in ons eigen hoofd komen te zitten, dan is het eigenlijk al te laat. Daarom hebben we echt met elkaar afgesproken dat we blijven praten. Als er niks te melden is, dan hebben we het over hoe we ons voelen. “Ik vind het echt spannend, jij?” of “Ik zie daar een kwal!”. Serieus, dat doen we echt. Ons enige doel daarmee is om extern te blijven focussen en niet in ons eigen, individuele denkproces te verzeilen. We proberen elkaar zo continu mee te nemen in het denkproces. Als we dit goed doen, dan kan je ons op een willekeurig moment in de race vragen welke keuze we afzonderlijk zouden maken. In 95% van de gevallen zullen we dan dezelfde keuze maken. Als dat niet het geval is, dan ging het daarvoor in de onderlinge communicatie al mis.”
“Meteen na de medal race hadden we allebei het gevoel dat dit niet goed gelukt was. En dat we niet in staat waren om de juiste informatie te verzamelen en daar samen de beslissing aan te koppelen. Echter, nu terugkijkend op het toernooi, ben ik juist mega trots op de stappen die we hier in gemaakt hebben de afgelopen jaren. De allereerste dagen waren er echt mega moeilijke omstandigheden en bevonden we ons af en toe achteraan in het veld. Toch wisten we elke keer, door rustig te blijven, te kijken, door blijven te communiceren en beslissingen te durven blijven maken, ons terug te vechten naar voren. Ook de andere dagen lukte dit vaak. Tijdens de meeste races hadden we microfoons aan boord en kon iedereen die de wedstrijd volgde ons horen praten naar elkaar. Hier hebben we mega veel positief commentaar op gekregen. Van verschillende coaches, andere zeilers en mensen thuis. Het meest bijzondere was dat ook onze Argentijnse collega Santiago Lange, echt een legende in de zeilwereld, naar ons had geluisterd en naar ons toe kwam: Het lukte hem na 7 Olympische Spelen nog niet om zo kalm te communiceren. Dat zal ik niet snel vergeten.”
Management Drives:
Je hoort bij Annette veel terug van groene en gele drijfveer. De gele drijfveer is een drijfveer die ook goed past bij het zeilen. Het gaat om continue analyses maken, analyseren wat de mogelijke scenario’s zijn en op basis daarvan keuzes durven maken (rood). Wat interessant is, dat eigenlijk net zoals bij Josine het voor Annette en haar teamgenoot op de loer ligt dat ze in ingewikkelde wedstrijdsituaties in een analyse-modus komen. Deze analyse vindt dan bij henzelf plaats waardoor de communicatie afneemt en daarmee ook de kans of het juiste besluit. Eigenlijk lezen we dat ze twee afspraken hebben gemaakt om deze valkuil van de gele drijfveer te voorkomen. Allereerst, spreken ze van tevoren de wedstrijd door de criteria op basis waarvan keuzes gemaakt worden, zodat ze de ruimte om te analyseren inperken waardoor het risico dat besluiten uitgesteld worden verkleind wordt. Ten tweede, maken ze concrete en duidelijke afspraken over de communicatie omdat ze weten dat in stressvolle situaties de groene drijfveer overwelmd kan worden door de gele drijfveer: “Blijven praten”. Zelfs als het over kwallen gaat. Op deze manier hebben zij door duidelijke afspraken met elkaar een manier gevonden om hun voorkeursgedrag onder druk in wedstrijdsituaties te ondervangen.
Vooruitkijken naar Parijs
Josine is stellig over de reis naar Parijs: “Of ik door ga? Zeker weten. Ik ga er alles aan doen om er in Parijs weer te mogen staan, te beginnende bij het WK deze zomer. Het wordt een vergelijkbaar traject als afgelopen 5 jaar, aangezien de andere keepster dezelfde leeftijd heeft en ook tot Parijs door zal gaan. We zullen dus weer met elkaar de concurrentiestrijd aan gaan de komende drie jaren. Daarnaast wil ik de komende Olympische cyclus ook gebruiken om sturing te geven aan mijn maatschappelijke carrière. Ik wil advocaat worden en ik heb mijn Master Rechten inmiddels afgerond, maar welke richting ik op wil weet ik nog niet. Ook wel grappig is dat ik dat analyseren ook buiten het veld doe: ik stel een uitgebreid plan op met mogelijke gesprekken en hoe deze gesprekken gaan leiden tot de perfecte keuze. Maar dit perfecte plan is er niet. Daar moet ik me ook in deze context bij neer gaan leren leggen. Daarom moet ik ook hier weer met mezelf afspreken: hoeveel gesprekken gun ik mezelf, in de wetenschap dat de perfecte keuze niet bestaat? Of in andere woorden: hoeveel minuten mag ik deze stap analyseren?”
Ook Annette kijkt uit naar Parijs. “Ik wil zeker door! De uitvoering ligt alleen wat ingewikkelder. Mijn teamgenoot Annemiek is gestopt, dus ik ben nu met iemand anders aan het varen. Dat gaat overigens heel goed, op de eerste World Cup wonnen we direct de gouden medaille. Daarnaast heb ik met mezelf afgesproken dat ik in ieder geval dit jaar mijn Master Technische Natuurkunde ga afronden. Parijs is natuurlijk wel al over iets meer dan 2 jaar, dus heel lang de tijd om me op andere dingen te focussen heb ik niet. Het wordt dan ook een grote uitdaging voor mij om dit komend jaar te combineren. Daarna zal ik al mijn pijlen op Parijs zetten. Met als tussenstop het WK in 2023 in Scheveningen. Ik houd nog te veel van de sport om te stoppen!”
Samenwerking Management Drives en TalentEmpowerment
ManagementDrives helpt om potentie om te zetten in prestaties. Dat doet MD in het bedrijfsleven, in het onderwijs en in de topsport. In dit kader werkt Management Drives inmiddels ruim 4 jaar samen met TalentEmpowerment, een organisatie die talentvolle topsporters begeleidt in hun sportieve- en maatschappelijke ontwikkeling. Zij gebruiken allemaal de MD Tooling want ook hier geldt: het vertrekpunt voor persoonlijke ontwikkeling zijn je drijfveren.